Actueel
Dorpsplannen serieuzer nemen
De door dorpswerkgroepen opgestelde toekomstvisies, moeten voortaan een veel prominentere rol gaan spelen in het Barnevelds gemeentelijk beleid. Tot nu toe hadden deze dorpsplannen, bijvoorbeeld uit Stroe (2010), Kootwijkerbroek (2014), Zwartebroek-Terschuur (2016) en Voorthuizen (2017) een te beperkte positie, ook omdat het college van burgemeester en wethouders geen officieel standpunt innamen over de inhoud. Dat moet voortaan anders.

Dat vindt het college van burgemeester en wethouders, dat in een memo aan de Barneveldse gemeenteraad komt met het voorstel 'dorpsplannen nieuwe stijl'. In het kort komt het erop neer dat het college in het vervolg op 'eenduidige wijze' omgaat met dorpsplannen. ,,Zodat het voor de initiatiefnemers op voorhand duidelijk is wat zij kunnen verwachten van de rol van de gemeente bij de totstandkoming van het dorpsplan.'' Dorpsplannen zijn initiatieven vanuit de inwoners, maar moeten geen utopische wensenlijstjes zijn.
Rollen niet duidelijk
Want juist op dát vlak ging het de laatste jaren met de dorpsplannen fout, stelt het college verder. Er was geen eenduidige werkwijze voor de behandeling en de begeleiding van de dorpsplannen, maar ook waren de rollen en verantwoordelijkheden van de verschillende betrokken partijen - gemeente, dorpswerkgroepen en niet altijd duidelijk.''
Geen verkeerde verwachtingen
Met een set afspraken, moet die duidelijkheid nu wél worden ingebouwd, met als doel de komende dorpsplannen sterker te verankeren in de uitvoeringsplannen van de gemeente. Zo is De Glind begin dit jaar gestart met de concrete voorbereidingen voor een dorpsplan en zet Kootwijk nu de eerste stappen daartoe. De bedoeling is dat vanuit het college een standpunt wordt ingenomen over de onderwerpen uit een dorpsplan waarvoor een beroep op de gemeente wordt gedaan. Dit om mogelijk verkeerde verwachtingen over de uitvoering van het plan te voorkomen. Het uiteindelijke doel is een breed gedragen dorpsplan, dat voor een belangrijk deel ook uitgevoerd kan worden.
Gebiedsmanager
Om dit voor elkaar te krijgen, stelt het college voor een 'gebiedsmanager' aan te wijzen die de taak krijgt om contacten met de verschillende dorpen te coördineren en opstelling en uitvoering van dorpsplannen te begeleiden. Daarvoor wordt budget vrijgemaakt. ,,Daarnaast vraagt deze nieuwe werkwijze ook om meer ambtelijke inzet van andere deskundigen van de verschillende afdelingen, voor vragen die komen uit de dorpen tijdens de totstandkoming en uitwerking van de dorpsplannen.'' Ook hiervoor wordt extra personeel ingezet vanuit de gemeente, is nu het plan. Wat de nieuwe werkwijze de gemeente extra gaat kosten, is nu nog niet bekend. In de aankomende Kadernota in juni wordt dit verder uitgewerkt.
Dat het soms wat scheef loopt tussen wat een dorp voorstelt in een dorpsplan en welke plannen beleidsmakers uitwerken, is herkenbaar, zegt voorzitter Gijs Jan Berkhof van Plaatselijk Belang Zwartebroek-Terschuur. In deze dorpen werd tweemaal een dorpsplan opgesteld, in 2008 en in 2016. ,,Kijk ik bijvoorbeeld naar het recentste plan, dan is het soms vervelend om bij ambtenaren hier steeds weer naar te moeten verwijzen. Voorbeeld is ons eigen uitgewerkte plan op het gebied van verkeer en vervoer. We hebben in het dorpsplan daar een heel hoofdstuk aan gewijd over hoe wij daar als dorpsbewoners naar kijken. Vervolgens zien we dat gemeente en provincie met het maken van nieuwe plannen volledig hun eigen koers varen en daarbij niet eens kijken naar ons dorpsplan. Het lijkt me dus zeker een goede zaak als dorpsplannen voortaan beter verankerd gaan worden in beleidsplannen.''
Nog recenter is het dorpsplan van Voorthuizen, dat eind 2017 werd afgerond. Voorzitter Leo Roeloffs van Plaatselijk Belang Voorthuizen: ,,Ik denk dat wij in deze discussie al een voorschot hebben genomen, met een positieve uitwerking. We hebben namelijk bewust gekozen voor een plan in twee etappes. Een jaar geleden stelden we een dorpsvisie op, met daarin op kaderniveau wat onze plannen voor het dorp zijn. Die visie hebben we vervolgens voorgelegd aan het college van burgemeester en wethouders, puur om de haalbaarheid van onze ideeën te checken. Vervolgens zijn we op basis van die visie het plan gaan uitwerken. Ik denk dat daarmee het probleem van het scheppen van verkeerde verwachtingen getackeld is. Al weten we dat natuurlijk nog niet zeker, want ons dorpsplan is natuurlijk nog erg vers.''
Bron: Barneveldse Krant